Het behoud van de prachtige omgeving, natuur, uitzichten, dieren- en plantenrijk zal steeds meer aandacht vragen. De druk voor vliegen vanaf Eelde, de druk voor meer woningbouw, de grote hoeveelheid afval, het energiegebruik van mensen, en de verstedelijkingsstrategie van de regio Groningen-Assen, vormen een bedreiging.
Ook zullen wateroverlast, droogte en andere klimaatwisselingen vragen om een andere werkwijze van de gemeente, zodat schade aan natuur, landschap en gebouwen voorkomen wordt. Een water- en klimaatadaptatieplan beschrijft hoe de gemeente om zal gaan met water, riolering en de gevolgen van klimaatverandering. In het kader van duurzaamheid heeft de waterhuishouding in en rond woonwijken meer aandacht nodig. De grondwaterstand moet op peil blijven voor de droge periodes. Regenwater blijft op of dicht bij de plek waar het valt, en gaat niet naar de waterzuivering. Zo kan het langzaam in de bodem trekken (infiltreren) of naar vijvers, sloten of beken geleid worden. Op plaatsen waar water niet de grond in kan, voert een gescheiden riool regenwater en afvalwater apart van elkaar af. Daardoor blijft de natuur groener en ontstaat er minder snel verdroging. Bovendien voorkomt dit systeem dat schoon water naar de rioolwaterzuivering gaat.
Bomen zijn van groot belang voor een beter klimaat en voor behoud van de groene leefomgeving. LGN wil dat de kap van bomen tot het uiterste beperkt wordt.
Cultuurhistorisch gezien belangrijke gebouwen en archeologisch/cultuurhistorisch waardevolle gebieden dienen in stand te blijven, zoals vastgelegd in de Noordenveldse kwaliteitsgids.
Het Groen Naoberschap bij het onderhoud van bomen, struiken, gras, wegen en paden, komt nog niet goed uit de verf. Het onderhoud van straten, grasvelden, plantsoenen kan beter, daar mag meer geld aan worden besteed. Samen met inwoners wordt het opruimen van hondenpoep verbeterd. Dat geldt ook voor gladheidsbestrijding. De gemeente hoort tijdig signalen op te pakken, vooraf een buurtbijeenkomst te organiseren, dan wel een brief met uitleg in de omgeving te bezorgen. Daardoor ontstaat draagvlak en kan de gemeente gebruik maken van betrokkenheid en kennis van de inwoners bij het onderhoud van de leefomgeving.
Minder energie gebruiken is wat LGN betreft prioriteit in de energietransitie. De regionale energiestrategie in Drenthe moet dan ook gebaseerd zijn op energiebesparing, hernieuwbare energiebronnen, energie opslag, een breed draagvlak onder inwoners en behoud van het kleinschalige Drentse landschap.
Als blijkt dat de in 2017 vastgestelde Omgevingsvisie 2030 niet meer actueel is gezien de behoefte aan woningen, ruimte voor bedrijven, natuur, landbouwgrond en dergelijke, dan zal eerst samen met inwoners, ondernemers en organisaties een nieuwe Omgevingsvisie, inclusief Woonvisie, moeten worden opgesteld. Daarin kunnen dan keuzes voor de hele gemeente worden gemaakt en niet, zoals nu, ad hoc keuzes voor enkele gebieden die niet in de omgevingsvisie zijn opgenomen. Vroegtijdig open overleg tussen initiatiefnemers, omwonenden, woningzoekenden en gemeente is natuurlijk noodzakelijk voor een goede slagingskans. Als een bouwinitiatief bij de gemeente wordt gemeld is het daarom belangrijk om aan de hand van een eerste globale schets, zo snel mogelijk een gesprek tussen gemeente, initiatiefnemer, omwonenden en andere betrokkenen te hebben. Daarmee kunnen de kansen om samen een goed plan te maken, worden ingeschat. Dat gaat met de huidige politieke meerderheid helaas vaak verkeerd in Noordenveld, dus de inzet van LGN is hiervoor hard nodig.